Cette page n'est pas disponible en français - Vue en Néerlandais:
Als je de vragen leeft,
leef je misschien langzaam maar zeker,
zonder het te merken,
op een goede dag
het antwoord in [*].
Tegenstellingen van alledag
Verlaten winkelpanden met kapotte ruiten, afval en slapende mensen in de portieken. In een taxi rijd ik door donkere straten en langs gesloten luiken, schimmen van verlaten fabriekspanden en mensen zonder huis, werk en toekomst. Het is stil, er dringen nauwelijks geluiden door in de auto.
Een verloren gevoel overvalt me. Als een film trekt dit weinig rooskleurige beeld aan me voorbij. Dan ineens opgeknapte pakhuizen, hippe koffiebars, galeries en winkels die Afrikaans design verkopen. Niet veel later sta ik op een feestje downtown Johannesburg. Wit, coloured en zwarte jonge Zuid Afrikanen mengen zich. De bas van de muziek laat de grond trillen. Afrikaanse prints gecombineerd met All Stars. Traditionele sierraden met naveltruitjes. De geur van versgebrand vlees. Er hangt een vrolijke energie en als ik hier om me heen kijk krijg ik het gevoel dat Johannesburg leeft. En dat de gedroomde regenboognatie zoals Desmond Tutu Zuid Afrika haar bijnaam gaf, werkelijkheid is.
Twee verschillende beelden, verschillende ervaringen, zo dicht bij elkaar.
De bestemming en de tussenruimte
Johannesburg is een gekke, energieke en verassende stad. Als je weet waar je moet zijn. Als je twijfelt of het niet precies weet, dan is ze donker, stil en onduidelijk. Er zijn veel interessante bestemmingen. In de tussenruimte, de tijd en ruimte tussen de ene en de andere plek is het anders.
Wat ik in Johannesburg ervaar illustreert wat ik in de weken daarop ook in de rest van Zuid Afrika steeds sterker ervaar. Aan de ene kant zijn er het racisme dat zegeviert, het HIV-probleem dat onopgelost blijft en de economie die richting recessie gaat. Om een paar dingen te noemen. Wat er óók is: legio start ups en innovatieve ideeën die door jonge ondernemers worden gelanceerd. Een township tour gerund door een zwarte gids. Black ownership is niet wijdverspreid, maar het is er wel. Co-work plekken die oprukken in Kaapstad en Johannesburg. De levendige studenten protestbeweging ‘Rhodes must Fall’ die de straat op gaat tegen de ongelijkheid in het onderwijs. Tijdens de taxirit overpeins ik al die tegenstellingen en de tegenstrijdigheden die ik daarbij voel.
Niet weten
Als ik afgelopen januari een aantal weken in Zuid Afrika ben ervaar ik hoe het is om een stad, een plek, niet meteen te ‘snappen’. Hoe het is om niet direct te weten wat dingen die ik zie en ervaar, betekenen. Die ervaring zet me aan het denken. Zoals ik in Johannesburg, lopen topbestuurders en leidinggevenden misschien wel in hun organisatie rond: geconfronteerd met tegenstellingen, vraagstukken die geen eenduidig antwoord kennen en informatie uit verschillende hoeken. Hoe ziet dat niet-weten eruit? En interessanter misschien nog wel; hoe kun je ermee omgaan?
In een café waar ik koffie drink staat op het krijtbord geschreven; “There are two sides to every story”. Dat is niet waar, denk ik; er zijn ontélbaar veel kanten aan een verhaal hier in Zuid Afrika. Waardoor ik me regelmatig afvraag; Wat is de ‘juiste’ mening? Welke invalshoek heeft de meeste waarde? Ik probeer betekenis te geven aan wat ik zie, hoor en beleef. Maar ik ervaar vooral een groot ‘niet-weten’.
Het is verleidelijk de dingen te willen duiden en verklaren. Terwijl juist de verschillende verhalen, beelden en ideeën meerwaarde hebben. Er is niet één waarheid. In Zuid Afrika leer ik dat er zoveel verhalen zijn en zoveel waarheden. En dat het verdragen van het ongemak van ‘niet weten’ een ware kunst is.
Ongemak of verrijking
In zijn boek ‘Nonsense’ schrijft Jamie Holmes over de ‘need for closure’ die in onze natuur zit. Het is het verlangen naar een antwoord of verklaring over een bepaald onderwerp. Wat voor antwoord dan ook. Het staat tegenover het laten bestaan van verwarring of ambiguïteit. Om kunnen gaan met niet-weten, zo schrijft Holmes, is essentieel in een wereld die steeds complexer wordt en daardoor niet 1,2,3 te ‘snappen’.
Dit helpt me te begrijpen wat ik ervaar. De verschillende gesprekken die ik voer werpen steeds een ander licht op het Zuid Afrika van nu. Wanneer ik met mijn Zuid Afrikaanse collega mijn ervaringen en gedachten deel ontstaat er een mooi gesprek. Ik realiseer me dat de situaties en de gesprekken die ik heb, betekenisvol zijn. Ook al is nog niet meteen duidelijk hóe dan. Zo oefen ik met het toelaten van het onbekende. Het is spannend in de leuke zin; wat gaat dit opleveren? Ik ben nieuwsgierig en ervaar dat juist in de spanning de mogelijkheid tot groei zit.
Een springplank
"Wanneer we conflicten en tegenstelde meningen kunnen onderzoeken met elkaar, kan er wijsheid ontstaan", schrijft Jitske Kramer (2014). Het vraagt dat we kunnen blijven bij de dingen die we niet weten, de vragen die we hebben en de onzekerheid die we voelen. Want dan kun je misschien, zoals de regels van het gedicht aan het begin van deze blog, langzaam en vanzelf het antwoord ‘in leven’.
Dat kan best lastig zijn, blijven onderzoeken, juist als het spannend is. Zelf probeer ik zoveel mogelijk om conclusies niet al te snel te verwelkomen maar juist de tegenstellingen, paradoxen en verwarring toe te laten. Juist dan kan er iets ontstaan. het leidt ertoe dat ik in beweging kom, tot een inzicht of het is een startpunt voor een mooi gesprek. Kortom, blijven bij het niet weten kan een verrijking én een springplank zijn.
Ongemak of verrijking
Het niet-weten laten bestaan en de vragen ‘leven’ hoeft niet zwaar en ingewikkeld te zijn. Het is juist leuk en licht. Alles is nog open en je kunt dus je nieuwsgierigheid laten zegevieren. Misschien, bedenk ik me, vind ik het wel makkelijker om geen mening te hebben en niet meteen positie in te nemen, dan dat ik dat wél doe. Of vind dat ik dat moet doen.
Ik ben benieuwd hoe dat voor anderen is. Mag je niet-weten? Vooral voor bestuurders en leidinggevenden in organisaties. Ervaren die het onderzoeken van verschillende geluiden, meningen, verhalen en perspectieven als een ongemak of als een verrijking? Hoe gaan zij om de verschillende kanten die aan de verhalen zitten in hun organisatie? Hoe zoeken zij niet-weten op als ze juist uitgenodigd worden om steeds positie in te nemen, een standpunt te verwoorden en stelling te nemen? Hoe zorgen zij dat niet-weten ‘generatief’ wordt, dat het iets in beweging zet, bij henzelf of anderen. Oftewel; hoe wordt niet-weten voor hen een springplank?
Deze blog is de aftrap van een blogreeks over niet-weten, het belang ervan en hoe dat er in de praktijk dan uit kan zien. De komende tijd ga ik onderzoeken hoe niet-weten voor topbestuurders en leidinggevenden in organisaties werkt.
[*] Regels uit het gedicht ‘ongestoorde ontwikkeling’ gebaseerd op Rainer Maria Rilke, Auteur onbekend