'Een timmerman die over alle noodzakelijke gereedschappen beschikt, en ook de mooiste soorten hout in zijn magazijn heeft liggen, maar die niet timmert, heeft die enig nut van zijn bezit?'
Deze vraag stelt Socrates aan Kriton. Kriton heeft net aan Socrates het probleem voorgelegd dat hij geen geschikte leraren voor zijn zonen kan vinden. Plato laat vervolgens Socrates aan het woord in een vrolijk debat over de betekenis van het begrip 'leren'. Leren doet iemand die ergens geen kennis van heeft en deze verwerft. Iemand die al ergens kennis van heeft en die kennis gebruikt om het betreffende onderwerp verder te onderzoeken, die leert ook. Plato laat ons lezen hoe kennis een vaardigheid wordt, die voorspoed brengt mits we haar zodanig gebruiken dat ze ons tot nut dient.(...)